Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [34]hij zal van vreze doorgaan [35][naar] zijn rotssteen, en zijn vorsten zullen [36]voor de banier [37]verschrikken, spreekt de HEERE, [38]die te Sion vuur, en te Jeruzalem een oven heeft. 34. Te weten de koning van Assyrie. 35. Of, tot zijn rotssteen; dat is, hij zal naar zijn vaste stad Nineve vluchten, zie 2 Kon.19:36. Anders: en hun rotssteen zal van vrees wegtrekken. 36. Dat is, voor het teken des strijds, hetwelk hun de engel geven zal. Of, voor een opgeworpen banier vervolgen zal. 37. Of, nedervallen, of vernield worden. 38. Dat is, die te Zion woont en te Jeruzalem zijne huishouding heeft; en die derhalve niet lijden zal dat de Assyriers hem daaruit zullen stoten. --------------------